Werkplekbeheer en configuratie
Via Vestigingsbeheer > Werkplekbeheer zijn er een aantal opties mogelijk.
Menu-opties
Optie | Toelichting |
---|---|
Werkdatum wijzigen |
n.v.t. |
Andere gebruiker |
Anders inloggen met meer/minder bevoegdheden. Te gebruiken wanneer een functie nodig is die met de huidige inlog niet beschikbaar is. Weer terugzetten van de inlog gaat op dezelfde manier. |
Bonprinter tijdelijk uitschakelen / Bonprinter inschakelen |
Kan handig zijn bij het achter elkaar verwerken van heel veel materialen die bijvoorbeeld terug moeten naar de bibliotheek. Bij het opnieuw opstarten van de client is de bonprinter weer actief. |
Mededeling op bon |
Functie om de 'mededeling' op de bon te wijzigen. Er kan worden gekozen voor één algemene tekst voor alle in gebruik zijnde bonnenprinters óf voor een alternatieve tekst die alleen geprint wordt vanaf de werkplek waar de tekst werd ingesteld. N.B. Deze functie staat los van de Zelfbediening. |
Configuratie Zie ook Configuratie:
|
De 'Configuratie' regelt de instellingen van de werkplek, zoals het gebruik van randapparaten, balieprofielen en hoe er gelogd wordt. De verschillende onderdelen zijn ondergebracht in tabbladen. De systeembeheerder van mediatheekWise richt de zelfbediening in voor de school. Neem contact op met haar of hem als u hier vragen over heeft. Randapparatuur zoals bonnenprinters worden hier gedefinieerd. De aangebrachte wijzigingen worden direct opgeslagen, maar om de randapparaten met de aangepaste instellingen te laten werken, moet de client opnieuw worden gestart. Fonts: om barcodes te printen is een speciaal lettertype (font) nodig. Zie instructie verderop. |
Cache wissen |
De lokale cache (= het lokale 'geheugen') bevat de bestanden met de opmaakgegevens voor bonnen. Wanneer – bijv. op de server – een bon gewijzigd is, kan de 'oude' bon nog in het geheugen staan, waardoor een oude opmaak wordt getoond of geprint. In zo'n geval moet de cache worden leeggemaakt. |
Geprinte berichten |
n.v.t. |
Communicatietest |
n.v.t. |
Configuratie
De 'Configuratie' regelt de instellingen van de werkplek, zoals het gebruik van randapparaten, balieprofielen en hoe er gelogd wordt. De verschillende onderdelen zijn ondergebracht in tabbladen. De relevante tabbladen voor een schoolmediatheek zijn:
- Balieprofielen
- Randapparaten
- Zelfbediening (evt.)
Balieprofielen
Het balieprofiel is een eigenschap van de werkplek. Het balieprofiel geeft aan
- Met welke functie de mediatheekWise-Client moet starten (bijv. met Zelfbediening).
- Welke balieprocedures er gevolgd worden, bijv. altijd een bon na uitlenen.
Op het tabblad Balieprofielen staat een lijst met beschikbare balieprofielen. Onderin het scherm is te zien óf er een Balieprofiel is ingesteld, en zo ja welke.
Selecteer voor de Bieb zelfbediening op de regel van de Standaard Wise Zelfbediening. Klik met de rechtermuisknop en klik op 'Instellen voor deze client'.
Het is mogelijk om zelf een nieuw Balieprofiel aan te maken of een bestaand profiel te kopiëren, en dit vervolgens aan te wijzen voor deze werkplek.
Klik op 'Details' om te zien hoe een Balieprofiel in elkaar zit. Dit kan alleen met profielen die niet op systeemniveau zijn aangemaakt (Eigenaar = 0000).
In tabblad 'Balieprocedures' wordt vastgelegd hoe deze werkplek zich moet gedragen op het moment dat er een bepaalde actie wordt uitgevoerd. Moet er na een financiële transactie een afrekenblok worden aangeboden? Moet er wel of niet een bon geprint worden? En zo ja: welke gegevens moeten worden afgedrukt?
Veld | Uitleg | ||||||||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
INNEMEN |
|||||||||||||||||
Afrekenen bij Innemen (afrekenblok tonen) |
1 Bij kosten sessie |
||||||||||||||||
Bonprocedure bij Innemen |
1 Geen bon |
||||||||||||||||
Bontype bij Innemen |
|
||||||||||||||||
UITLENEN |
|||||||||||||||||
Afrekenen bij Uitlenen (afrekenblok tonen) |
1 Bij kosten sessie |
||||||||||||||||
Bonprocedure bij Uitlenen |
1 Geen bon |
||||||||||||||||
Bontype bij Uitlenen |
|
||||||||||||||||
KASSA |
|||||||||||||||||
Bonprocedure bij afrekenen Kassa |
1 Geen bon |
||||||||||||||||
RESERVERINGEN |
|||||||||||||||||
Bonprocedure bij reserveringen |
Bon met klantgegevens printen op het moment dat een gereserveerd exemplaar ingeleverd wordt. 1 Geen bon |
||||||||||||||||
Bontype bij reserveringen |
B Bonnenprinterbon |
||||||||||||||||
TRANSPORT EXEMPLAREN |
|||||||||||||||||
Transportbonnen |
Bon printen als er een exemplaar wordt ingenomen dat op transport moet naar een andere vestiging. 0 Geen bon |
||||||||||||||||
Transportbontype |
B Bonnenprinterbon |
||||||||||||||||
GEBLOKKEERDE EXEMPLAREN |
|||||||||||||||||
Blokkadebonnen |
Blokkadebonnen printen zodra OCLC Wise een exemplaar met een blokkade signaleert, bijvoorbeeld omdat een exemplaar op een tentoonstellingstafel terecht moet. De melding wordt op de bon afgedrukt. De soorten melding worden ingesteld in de Wise Manager. 0 Geen bon |
||||||||||||||||
Blokkadebontype |
B = Bonnenprinterbon |
||||||||||||||||
IBL EXEMPLAREN | |||||||||||||||||
IBL–bontype |
B = Bonnenprinterbon |
||||||||||||||||
Bezorgbontype | B = Bonnenprinterbon P = A4 bon (default printer) |
Randapparaten
Via het tabblad 'Randapparaten' worden de randapparaten gedefinieerd. Het gaat hierbij om:
- een RFID-reader (meestal een plaat) voor uitlenen en innemen van materialen
- evt. ook een MiFare pasreader voor het scannen van pasjes
De aangebrachte wijzigingen worden direct opgeslagen. Om de randapparaten met de aangepaste instellingen te laten werken, moet de mediatheekWise-client opnieuw worden gestart.
RFID
De RFID-reader is een apparaat ten behoeve van zelfservice applicaties. In dit onderdeel van het Configuratiescherm kan de RFID reader worden geconfigureerd. Voor het gebruik van RFID is een aanvullende licentie nodig, evenals voor het gebruik van de zelfbediening. Neem hiervoor contact op met de OCLC Wise systeembeheerder van de bibliotheek.
Koppel de RFID-reader aan de werkplek en herstart de pc. Ga vervolgens naar Vestigingsbeheer > Werkplekbeheer > Configuratie > Randapparaten. Scroll naar beneden naar het onderdeel RIFD-lezer.
Veld | Uitleg | |
---|---|---|
RFID-Methode |
Kies de gewenste methode. Een aantal methoden is voorgeprogrammeerd:
Gaat u werken met RFID Daemon, kies dan ook Daemon Handle (zie hieronder). Uw leverancier moet dan een Daemon leveren. |
|
IP-nummer |
IP = Internet Protocol. Elke computer (of een apparaat als een RFID-reader) die is aangesloten op het internet of een netwerk heeft een (eigen) nummer (IP-adres) waarmee deze zichtbaar is voor andere computers. Hierdoor kunnen computers elkaar 'vinden' en identificeren. |
|
Poortnummer |
Een netwerkpoort is een nummer dat aan gegevens in het IP-protocol wordt gehangen, naast het IP-adres. Het poortnummer wordt door het ontvangende systeem gebruikt om te bepalen voor welk programma de gegevens zijn bestemd. Informeer bij uw afdeling applicatiebeheer welk poortnummer moet worden gebruikt. De handheld Feig PRH200 luistert standaard naar 10001. |
|
Daemon Handle |
Moet worden geselecteerd wanneer u als RFID-type de RFID Daemon heeft gekozen. Een 'Daemon' is een bepaald soort programma dat 'wacht' op een aanvraag die op een bepaalde poort binnenkomt. Vervolgens wordt op deze aanvraag 'gereageerd', bijvoorbeeld door het verzenden van een antwoord aan het programma dat de aanvraag heeft gestuurd. Een RFID Daemon kan meerdere (soorten) fysieke RFID-apparaten aansturen. M.b.v. de Daemon Handle legt u vast met welke van deze apparaten u wilt communiceren. |
|
HoldTime (ms) |
Hoeveel milliseconden (1000 ms = 1 sec) de gelezen gegevens in het geheugen moeten worden vastgehouden – en dus in beeld. Stel dat een label gedeeltelijk niet op de plaat ligt. Het label kan dan niet goed worden uitgelezen. De ingestelde 'holdtime' regelt dat het beeld rustig blijft. |
|
Bevestig eerste inname van sessie |
Aan- of uitvinken. |
|
Nogmaals scannen in dezelfde sessie |
Mag een exemplaar nogmaals in dezelfde sessie worden aangeboden? Er zijn drie mogelijkheden: |
|
1 Altijd uitvoeren |
Het exemplaar wordt nogmaals uitgeleend en dus verlengd. |
|
Maar: sommige readers zijn nl. erg gevoelig en lezen op grote afstand een chip. Met onderstaande mogelijkheden kan worden voorkomen dat ongewild exemplaren nogmaals worden gelezen: |
||
2 Na bevestiging |
Het exemplaar kan pas na een melding en bevestiging worden uitgeleend. |
|
3 Nooit |
– – – |
|
Default beveiliging na schrijfactie |
Drie mogelijkheden: In de Wise Manager kan worden ingesteld wat de standaard beginwaarde van de beveiliging moet zijn bij het beschrijven van een RFID-label. Via Baliebeheer > Personeelsbalie > Default-configuratie-instellingen kan dit worden ingesteld voor ALLES. Bij deze optie, hier, kan deze standaardwaarde (tijdelijk) worden gewijzigd voor deze poort. Wordt (bij conversie) tijdens het beschrijven van een label een waarde aangepast, dan wordt die gewijzigde (tijdelijke) waarde gebruikt. Na opnieuw inloggen wordt weer de standaard ingestelde waarde gebruikt. |
Sluit na het invullen van de velden en het selecteren van de gewenste opties het scherm af met 'OK'.
Informeer bij de OCLC Wise systeembeheerder van de bibliotheek welk(e) methode, IP-adres, poort etc. geselecteerd moet worden.
Bonnenprinter
Met de optie 'Dummy' kunnen de bonnen naar het scherm worden gestuurd. Zo kan de (opmaak van de) bonnen worden getest zonder daadwerkelijk een printer te gebruiken.
Indien 'Lokaal' is aangevinkt, moet vervolgens een printer worden gekozen die gebruikt moet worden. Alle bonnenprinters die binnen Windows aangestuurd kunnen worden met de "Generic / Text only" driver kunnen in principe gebruikt worden. De meeste ervaring bestaat echter met de EPSON TM-88 en de STAR TSP series.
Het type aansluiting is niet van belang, omdat OCLC Wise de Windows driver aanspreekt. Het maakt dus niet uit of de printer via USB, serieel, parallel of netwerk wordt aangestuurd, als Windows hem maar kan bereiken.
Per bonprinter kunnen de mogelijkheden verschillen. Zo kent de oudste variant van de Epson TM-88 het euro-teken niet. Ook verschillen de stuurcodes om de bon af te snijden ook nogal per merk. Voor Epson en Star heeft OCLC Wise standaard stuurcode bestanden beschikbaar. Voor andere merken is het mogelijk om een nieuw stuurcode bestand te maken, mits de printer met escape codes overweg kan.
Wanneer overwogen wordt om een ander type printer dan bovengenoemd te gaan gebruiken, adviseren we om eerst goed te testen. Er kan geen garantie worden gegeven dat elke bonprinter goed aangestuurd kan worden.
Met 'Test' kan worden uitgeprobeerd of de printer werkt. Komt er een bon over het scherm – bij dummy/debug? Komt er een bon uit de printer? Dan is er contact met de printer. Komt de bon uit de juiste printer? Worden daarbij de juiste lettertekens gebruikt? Wordt een barcode afgedrukt? De test werkt direct: de mediatheekWise-client hoeft niet opnieuw te worden gestart.
Fonts (lettertypes voor o.a. barcodes)
Het kan zijn dat het printen van een barcode of etiket niet gaat. Oorzaak: het juiste lettertype (font) is niet geïnstalleerd op het werkstation. Met 'Fonts ophalen van de server' kunnen de fonts worden geïnstalleerd die benodigd zijn voor bijv. de barcodes op de baliescankaart en de (klant)bonnen.
Klik op 'Installeren' om de het font op te halen van de server. De volgende melding verschijnt:
Klik op 'OK' en herstart de Client.
Wanneer fonts door onvoldoende rechten niet 'vanzelf' geïnstalleerd kunnen worden, komt een popup in beeld. Vervolgens wordt een verkenner met fontbestanden geopend, van waaruit gekozen en geïnstalleerd moet worden.
Selecteer alle bestanden (CTRL-A) en klik met rechtermuisknop. Kies ‘Install’ of ‘Installeren voor alle gebruikers’ (afhankelijk van de gebruikte Windows versie.
De bestanden worden automatisch in de juiste map geïnstalleerd.
Wanneer je ook onvoldoende rechten hebt om een lettertype te installeren, neem dan contact op met de systeembeheerder van de school.
Zelfbediening
Stel via het tabblad 'Bieb zelfbediening' in wat de zelfbediening doet. Hier onder staan voorbeelden van eenvoudige instellingen. In dit voorbeeld wordt geen bonnenprinter gebruikt en alleen een barcode handscanner. In dit voorbeeld wordt er niet ingenomen, geleend of verlengd als er geen internetverbinding is.
Naast het instellen van de Bieb Zelfbediening moet in het tabblad Balieprofielen gekozen worden voor
Links staan de tabbladen:
- Gedrag,
- Weergave,
- Teksten.
Gedrag
- Klik op het tabblad Bieb Zelfbediening.
- Tabblad Gedrag is al geselecteerd.
- Kies de zelfbediening knoppen. Schakel Offline beschikbaar en Offline gedrag uit er zonder internetverbinding niet ingenomen, geleend of verlengd wordt.
- Schakel alle bon-instellingen uit als er geen bonnenprinter gekoppeld is.
- Dit kun je alleen kiezen als er een bonnenprinter is.
- Schakel alle instellingen die met RFID te maken hebben uit als er geen RFID-lezer is.
- Let op! Door hier alle sectoren te kiezen wordt de zelfbediening van de Bieb getoond, anders wordt de zelfbediening van schoolWise getoond. Deze zelfbediening heeft minder mogelijkheden. Zie hiervoor Zelfbediening - schoolWise.
- Klik op Opslaan.
Weergave
- Klik op links op het tabblad Weergave.
- Kies bij klantidentificatie voor Barcode-handscanner.
- Kies bij Exeplaaridentificatie voor Barcode-handscanner.
- Het is mogelijk om de standaard teksten te gebruiken. Eventueel kunnen bij het tabblad teksten eigen teksten worden gemaakt. Kies hier voor de teksten door te kiezen in de lijst en dan op Toevoegen te klikken.
- Het is mogelijk om de standaard meldingen te gebruiken. Eventueel kunnen bij het tabblad teksten eigen meldingen worden gemaakt. Kies hier voor de meldingen door te kiezen in de lijst en dan op Toevoegen te klikken.
- Hier kan een eigen tekst gezet worden, bijvoorbeeld de naam van de school.
- Bij gebruik van een touchscreen kan er voor gekozen worden om de Muisaanwijzer te verbergen.
- Als een gereserveerd boek ingeleverd wordt, dan kan het in een aparte krat gelegd worden. Kies dan voor de kleur krat en voeg een tekst toe.
- Als er een boek met een blokkade ingeleverd wordt, dan kan het in een aparte krat gelegd worden. Kies dan voor de kleur krat en voeg een tekst toe.
Teksten
Via het tabblad Teksten links kunnen eigen teksten en meldingen ingesteld worden. Voor meer informatie hoe dit werkt, zie Teksten en afbeeldingen aanpassen.