Systeemtabellen RCB | BCB
Voor de BCB zijn er twee systeemtabellen in Collecties > Systeemtabellen (RCB | BCB) relevant:
- (G_SCI) Collectieclusters
- (G_VSI) Vestigingsclusters
Voor de rest van de systeemtabellen onder Collecties > Systeemtabellen (RCB | BCB), zie handleiding Systeemtabellen (RCB | BCB).
(G_SCI) Collectieclusters
Een collectiecluster wordt ingericht in onderdeel Systeemtabellen. De exemplaren worden ingedeeld in collectie-onderdelen door een scat-rmt combinatie.
Zie voor een uitgebreide beschrijving Systeemtabellen (RCB | BCB).
Collectiecluster samenstellen
Maak je gebruik van RCB dan kun je, wel of niet, een kopie maken van een bestaand collectiecluster en deze gaan gebruiken voor BCB. Of je stelt een nieuw collectiecluster samen. Zie voor meer informatie omtrent het inrichten van een nieuw collectiecluster Systeemtabellen (RCB | BCB).
Om een goed overzicht te krijgen van de collectie: neem alle scats op in de SCI.
Details van BCB collectie-indeling
Klik op 'detail' om de kenmerken van de collectie-indeling te zien.
Geef bij Type aan dat het een Scatindeling (S) betreft en maak, indien mogelijk, een keuze voor de standaard saneermethode (0000).
Collectieclusters openen
Klik op 'openen' bij een collectie-indeling om de onderliggende clusters te zien.
Bij 'detail' van een cluster ( in het voorbeeld 0003 -NL Spanning) staan RCB- en BCB-instellingen.
Negeer de RCB-instellingen en vul de BCB- instelling in.
Bij BCB-instellingen komt de saneermethode om de hoek kijken. De saneermethode moet eerst zijn ingericht in het onderdeel BCB collectieprofielen (Saneermethode), voordat je deze kunt selecteren.
In een saneermethode regel je welke termijnen en waarden gehanteerd moeten worden bij het saneren van materiaal. Wanneer er meerdere saneermethodes zijn aangemaakt, kun je per collectiecluster een methode kiezen. Wanneer er geen methode wordt gekozen, valt Wise terug op de default-/standaardmethode 0000.
Scat is niet opgenomen in een SCI
Zoals al aangegeven is het van belang om alle scats op te nemen in een SCI om een goed beeld te krijgen van de collectie.
Is een scat niet opgenomen in een SCI cluster dan komt een exemplaar met deze scat wel voor saneren in aanmerking. Om dit te voorkomen: zet de scats die niet opgenomen zijn in een apart cluster binnen de indeling. Vervolgens kan er een bijzondere saneermethode aan worden gekoppeld. Geef de saneermethode hoge waardes zodat de exemplaren nooit voor saneren in aanmerking kunnen komen.
Een andere oplossing is om de kast met de (niet opgenomen) scats uit te zetten van saneren. Zie Kastprofielen.
(G_VSI) Vestigingsclusters
Vestigingsindeling BCB aanmaken (éénmalig)
Maak voor BCB één indeling met de naam "BCB". Alle BCB- groepen horen thuis in deze indeling.
Veld | Uitleg |
---|---|
Soort |
VSI (wordt door Wise uitgedeeld) |
Indeling |
Vul in 'BCB' (verplicht) |
Omschrijving |
bijvoorbeeld BCB-groepen |
Vestigingscluster aanmaken
Maak een cluster aan binnen de indeling BCB.
Klik op Openen bij de indeling BCB en klik op Nieuw om het cluster samen te stellen. Een cluster wordt gevormd door vestigingen die met elkaar werken binnen BCB.
Veld | Uitleg |
---|---|
Cluster |
nummer met grootte van 4 posities |
Omschrijving |
naam voor de deelnemende vestigingen of clusternaam, bv 'Vestigingen regio noord' |
RCB instellingen |
Niet van toepassing |
BCB instellingen van het cluster
De instellingen van rouleren, saneren, floaten gelden als default voor de onderliggende vestigingen.
- 'Ja' betekent dat alle vestigingen binnen dit cluster rouleren, floaten en saneren, met uitzondering van de vestiging die je een 'Nee' hebt gegeven.
- 'Nee' betekent dat er geen enkele vestiging binnen dit cluster rouleert, saneert of float. Ook niet wanneer er bij de afzonderlijke vestiging een 'Ja' is ingesteld.
De waarde ja/nee is de hoofdschakelaar voor het hele cluster.
Veld | Uitleg |
---|---|
Default saneervestiging |
Vul in welke vestiging de saneervestiging is voor het cluster. <Leeg> bij het cluster betekent dat de eigen vestiging default is. |
Default magazijnvestiging |
Vul in welke vestiging de magazijnfunctie heeft voor het cluster. <Leeg> bij het cluster betekent dat de eigen vestiging default is. |
Default verkoopvestiging |
<Leeg> bij het cluster betekent dat er geen verkoopfunctie in Wise is. |
Vestigingen opnemen in cluster en inrichten
Klik op 'Openen' bij het cluster en klik op 'Nieuw' om het cluster met de vestigingen te vullen.
In het dropdownmenu worden de vestigingen van de licentiehoudende instantie(s) aangeboden. Een vestiging mag éénmaal voorkomen in één BCB-cluster.
Veld | Uitleg |
---|---|
Soort |
Ingevuld door Wise |
Indeling |
Ingevuld door Wise, moet 'BCB' zijn |
Cluster |
Ingevuld door Wise |
Vestiging |
Kies de vestiging: in het dropdownmenu worden de vestigingen getoond van de instantie waarvoor de licentie is gezet |
Omschrijving |
Vul naam van de vestiging in |
Floaten |
Vul Ja of Nee in. Zelfde principe als bij rouleren |
Rouleren |
Vul Ja of Nee in.
|
Aantal rouleren |
Vul aantal in, hoeveel exemplaren mogen per week maximaal voor herlocatie op de exemplaren-actielijst staan. Richtlijn: 175 bij totale bezit meer dan 120.000 exemplaren |
Saneren |
Ja of Nee. Zelfde principe als bij rouleren |
Aantal saneren
|
Vul aantal in: hoeveel exemplaren mogen per week maximaal voor afschrijven op de exemplaren-actielijst staan? Het minimum is 25. Actie A, J en O tellen mee in het aantal Af te schrijven route-exemplaren tellen niet mee. |
Saneervestiging: geldt voor exemplaren met actie I – revisie, actie A -afschrijven en in speciale gevallen ook actie J -laatste exemplaar |
Vul de vestiging in, wanneer deze moet afwijken van de default saneervestiging. Is de vestiging zelf de saneervestiging, vul dan voor de overzichtelijkheid de eigen vestiging in. Leeg betekent dat de waarde uit het clusterniveau met de naam default saneervestiging geldt. Specialiteit met betrekking tot actie J: als de BCB-beheerder leeg is EN de default is magazijnvestiging dan kunnen deze exemplaren in de eigen vestiging worden afgehandeld. |
Magazijnvestiging |
Vul de vestiging in, wanneer deze moet afwijken van de default magazijnvestiging. Fungeert de vestiging zelf als magazijn, vul dan voor de overzichtelijkheid de vestiging in. In dit geval mag de vestiging de laatste exemplaren (actie J) zelf afhandelen. Leeg betekent dat de waarde uit het clusterniveau met de naam default magazijnvestiging geldt |
Verkoopvestiging |
|
Vestigingsklasse |
Vul in tot welke vestigingsklasse de vestiging hoort, vereist bij onderdeel aanschaf. |
Magazijnvestiging
De beheerder of de ingevulde magazijnvestiging ontvangt de exemplaren die naar het magazijn worden geherloceerd, dat zijn exemplaren met actie J (laatste exemplaar van de titel binnen de BCB-groep). De magazijnvestiging dient wel van een kast te zijn voorzien, wel of niet via de kastcon.
Vestiging tijdelijk gesloten – geen acties
Soms is een vestiging tijdelijk gesloten, bijvoorbeeld voor verbouwing. In zo'n geval kan de exemplarenactielijst niet worden gelopen. De vestiging wil waarschijnlijk ook geen opeenhoping van te ontvangen exemplaren na de sluiting. Om te voorkomen dat er acties voor de vestiging worden gegenereerd, moeten er aanpassingen worden gedaan in het VSI cluster van de vestiging. Dit moet niet bij de vestiging in de kastprofielen gebeuren! De aanpassing in de VSI tabel voor het rouleren, floaten en saneren behoudt namelijk de ingestelde kastprofielen, in tegenstelling tot de aanpassing van de instellingen van de vestiging bij de details van de kastprofielen..
Kalenderdagen van een vestiging
Elke zondag peilt het systeem de aantallen met het oog op vakantie- /sluitingsdagen.
Als de woensdag van de komende week een vakantiedag is, dan gaat OCLC Wise er vanuit dat die week een gesloten week is en worden er geen acties geschreven.
Floaten
Floaten is een actie die door de klant wordt bepaald. De klant leent in vestiging A en levert het in bij vestiging B. Mag het exemplaar in vestiging B blijven?
Bij inname wordt gekeken of de beide vestigingen (A en B) floaten op 'Ja' hebben staan en ook bij de 2 kasten (bij vest A en vest B) die voor het exemplaar gelden. Voorwaarde is dat de hoofdgroep VSI floaten ook op 'Ja' heeft staan.
Ook wordt er rekening gehouden met de ruimte in de kast, de normering van de kast (N-P-O) , hoofd -en volgexemplaren, PIM-/ SISO-plaatsing en met de maximale roulatieleeftijd.